Boekrecensies

Moord in de Rue Dumas – Mary Lou Longworth

17 juni 2022
Moord in de Rue Damas – Mary Lou Longworth

Het eerste deel van de Provençaalse mysteries van Mary Lou Longworth, Dood op Kasteel Brémont, was alleraardigst maar ook behoorlijk traag. Deze cozy detective was té cozy, de spanning was ver te zoeken. Met het boek ‘Moord in de Rue Dumas’ is die traagheid duidelijk verleden tijd. Antoine Verlaque en Marine Bonnet hebben hun draai gevonden en gaan met meer peper in hun reet op zoek naar de oplossing van een nieuwe moordzaak. Dit is hoe een whodunnit hoort te zijn!

In medias res

Een beetje spannend boek begint ‘in medias res’: dit is Latijns voor ‘in het midden van zaken beginnen.’ Er is dan dus geen rustige inleiding met beschrijvingen van het weer of de omgeving, het verhaal begint direct.

Ook dit boek begint in medias res, maar het is niet zo dat je bij dit boek als lezer op de eerste bladzijde al meteen bij een bloederige moordscene binnenloopt. Je wordt aan de hand van twee personages het verhaal ingesleurd. De studenten Yann Falquerho en Thierry Marchive zijn rennend onderweg naar een feestje van professor Moutte, voorzitter van de subfaculteit theologie aan de universiteit van Aix-en-Provence.

Ze zijn vol verwachting, want de professor gaat die avond vast bekendmaken wie van hen een belangrijke beurs heeft gewonnen en wie van de docenten aan de faculteit zijn opvolger gaat worden.

Maar ja, dat loopt allemaal anders. De bejaarde professor Moutte maakt helemaal niets bekend en wordt een paar uur na zijn feestje vermoord in zijn werkkamer teruggevonden.

Wie heeft het gedaan?

Nagenoeg iedereen op het feestje, zowel de docenten die kans maakten om de professor op te volgen als de studenten die kans maakten op de prestigieuze beurs, hebben een motief voor de moord op professor Moutte. Dit vind ik een prettige opzet bij een detective: je hebt alle verdachten meteen bij elkaar en gaat in de loop van het verhaal iedereen af om te kijken wie de daadwerkelijke moordenaar is.

Ik kan het niet uitstaan als er bij een detective op het laatste moment nog iemand bij wordt gehaald die de daadwerkelijke schuldige is, je bent namelijk al een heel verhaal bezig om alle anderen op het toneel af te wegen. En dat is dan allemaal voor niets, ik voel me dan altijd voor de gek gehouden.

Maar goed, het is dus een overzichtelijk verhaal waarbij Antoine Verlaque en Marine Bonnet alle alibi’s, waarschijnlijkheden en motieven nagaan en je als lezer over hun schouder meekijkt. Natuurlijk had ik zelf al vrij snel iemand als dader in gedachten en die bleek het uiteindelijk niet te zijn. Wie het wel was, werd tot op het laatste moment goed verborgen gehouden en was ook niet vergezocht.  

Een nieuw personage

Commissaris Bruno Paulik en Sylvie Grassi zijn uiteraard ook weer van de partij, dit wordt aangevuld met een nieuw personage: de moeder van Marine. Florence Bonnet is als semi-gepensioneerde docent theologie aan de faculteit verbonden en moet dus ook door haar schoonzoon verhoord worden.

Deze kranige dame straalt van eigenwijsheid en haar aanwezigheid legt een moeizame verhouding met haar dochter Marine bloot. Ze zijn duidelijk geen twee handen op één buik en er wordt ook gesuggereerd dat Marine een betere band met haar vader heeft.

Die vader wordt nog niet opgevoerd, maar er is duidelijk een zaadje voor het vervolg gepland. En over zaadjes gesproken…

Het geheim van Antoine Verlaque

“Weer droomt Verlaque over Monique. Hij schiet overeind en roept: ‘Je bent dóód, Monique!’ Zwetend valt hij terug in het kussen en probeert hij zijn ademhaling te controleren. Hij kijkt naar Marine die doodstil met haar twee armen langs haar lichaam ligt, haar hoofd van hem afgewend.
‘Gaat het?’ fluistert ze.
Verlaque gaat weer zitten en gooit het dekbed van zich af. ‘Nare droom, sorry dat ik je wakker heb gemaakt. Koffie?’ Hij kan Marine nu onmogelijk over zijn verleden vertellen. Monique mag zijn relatie met haar niet in gevaar brengen. Of is hij gewoon bang en kiest hij voor de gemakkelijkste weg?
Marine draait zich naar hem toe en laat haar hoofd op haar rechterarm rusten. ‘Heb ik ooit al een koffie afgeslagen?’”

Antoine heeft kennelijk ene Monique gekend en daar heeft hij zo’n trauma aan overgehouden dat hij er nog steeds nachtmerries van heeft. Meer dan de bovenstaande beschrijving over die mysterieuze Monique komt er in het verhaal niet voor, het is duidelijk een haakje naar het derde deel van de Provençaalse mysteries.

Ik sta bij voorbaat al te trappelen, ik ben razend benieuwd naar die Monique én de vader van Marine!

    Plaats een reactie