Het is een bloedhete augustusdag als Benito Kola even een pauze neemt van zijn werk in het benauwde abattoir in Mestre. Hij rookt in de verzengende zon een sigaret, totdat zijn oog op een eenzame rode schoen valt. Die hooggehakte schoen ziet er nog goed uit, als hij de andere pump weet te vinden, kan hij het als paar misschien voor een mooie prijs verkopen. De tweede schoen vindt hij niet veel later. Deze zit alleen nog wel vast aan de voet van een dode vrouw. Tenminste, daar gaat Benito vanuit. Als de politie van Mestre het lijk bekijkt, zien ze al snel dat het om een travestiet gaat.
De schemerige wereld van homoseksuele prostitutie
Door de vakanties is er in het rechercheteam van Mestre een personeelstekort, daarom wordt de zaak van de vermoorde travestiet naar het politiebureau van Venetië doorgestuurd. Op dat bureau is de spanning om te snijden, want het is net bekend geworden dat de vrouw van hoofdcommissaris Patta hun huwelijk van 27 jaar in de wilgen heeft gehangen. Ze is ingetrokken bij de Milanese Tito Burasca, een bekend producent van pornofilms.
Ondanks alle commotie belandt de zaak bij commissaris Guido Brunetti, die daardoor zijn eigen vakantie in het water ziet vallen. Brunetti heeft vervolgens de grootste moeite om de identiteit van de doodgeslagen man te achterhalen, want zijn gezicht is door al het geweld volledig verwoest. Het enige wat hij weet is dat de man begin 40 was en nog niet heel goed was in het scheren van zijn benen.
Met niet meer dan een compositietekening is Brunetti genoodzaakt om zich in de schemerige wereld van homoseksuele prostitutie te mengen. In het conservatieve Italië is homoseksualiteit niet bepaald geaccepteerd en Brunetti komt – mede met behulp van zijn vrouw Paola – tot de conclusie dat hij zelf ook de nodige negatieve vooroordelen heeft.
Keurig en onberispelijk
Het hoogste obstakel dat Brunetti moet zien te overwinnen is het feit dat niemand wil toegeven dat de vermoorde man bekend voorkomt. Wie wil er nu bekennen dat hij een travestiet kent? Uiteindelijk wordt duidelijk dat het om Leonardo Mascardi gaat, een getrouwde bankier. Maar dat maakt het oplossen van de moord op deze man die door iedereen als keurig en onberispelijk werd beschouwd niet makkelijker.
In de tussentijd waait er een frisse wind door het Venetiaanse politiebureau, want Patta heeft een secretaresse aangenomen. Deze aantrekkelijk signora Elettra weet van aanpakken en is goed in het uitzoeken van administratieve zaken. Maar Brunetti vindt het wel opmerkelijk dat ze voorheen als secretaresse van de president van de Banco di Italië werkte. Bij deze felbegeerde baan verdiende ze ongetwijfeld veel meer dan ze nu verdient.
Natuurlijk weet Brunetti de zaak weer tot een opmerkelijk einde te brengen. Het feit dat hier eerst een mislukte aanslag op zijn leven aan vooraf moest gaan, gaat hem alleen niet in de koude kleren zitten.
Iets meer diepgang
In dit derde deel uit de Brunetti-reeks weet Donna Leon opnieuw een aspect van het Italiaanse leven te verweven, dit keer is de homoseksualiteit aan de beurt. Dat dit weer met de nodige verduistering en corruptie gepaard gaat, mag geen verrassing zijn. Het gaat hier tenslotte om Italië.
De gebruikelijke personages maken hun opwachting, maar dit keer krijgen deze vertrouwde gezichten iets meer diepgang. Zo komt het persoonlijke leven van hoofdcommissaris Patta aan de orde en blijkt de extravagante Padovani ook een serieuze kant te hebben. Er komt zelfs een klein inkijkje in de achtergrond van Brunetti als hij zijn dementerende moeder bezoekt.
Al met al is het weer een vermakelijk boek, ook al is het verhaal hier en daar wat langdradig. Dat minieme inzicht in de psyche van Brunetti smaakt naar meer en ik hoop dat Leon in een volgend deel meer van deze ogenschijnlijk onkreukbare commissaris laat zien.
Geen reacties